Het is de nachtmerrie van iedere ouder: een kind dat verslaafd is aan drugs. Jacobien en Frederik Romeijnders moeten met die waarheid leren leven. Hun jongste dochter, Eva, is een junk. Ze zwerft, komt zo nu en dan thuis, besteelt hen en belooft steeds opnieuw te stoppen. Het wordt ondraaglijk. Maar zij blijven vechten voor hun dochter, het mensenkind van wie God de naam in Zijn handpalm heeft gegrift.