Gesterkt door zijn strijd tegen kanker bedwingt Thomas Zijlma de gevreesde Alpe d'Huez.
Op zeventienjarige leeftijd komt Thomas Zijlma erachter dat hij zaadbalkanker in een vergevorderd stadium heeft. Kans op genezing lijkt klein, maar na zware operaties en chemokuren overleeft hij het wonderwel. In het ziekenhuis kreeg hij door het boek van Lance Armstrong een nieuwe passie: wielrennen. Het komt symbool te staan voor zijn vechtlust en later zet hij zich met wielrennen in voor de strijd tegen kanker. In 37 nietjes doet hij verslag van zijn ziekte, maar ook zijn ongeneeslijke optimisme, vechtlust en humor.